shortreads_

Iedere werkdag een kort verhaal over de actualiteit
Menu
  • Beginpagina
  • Auteurs
    • Aafke van Pelt
    • Anna van der Kruis
    • Anne Lichthart
    • Dirk van Pelt
    • Emma Laura Schouten
    • Femke van de Griendt
    • Gastauteurs
    • Jam van der Aa
    • Jens Vydt
    • Jirke Poetijn
    • Joep van Dijk
    • Jozien Wijkhuijs
    • Laurens van de Linde
    • Lena Kurzen
    • Lilian van Ooijen
    • Maaike de Wolf
    • Manik Sarkar
    • Marthe van Bronkhorst
    • Nelson Morus
    • Nicchelle Buyne
    • Pascal Vanenburg
    • Peter De Voecht
    • Steff Geelen
    • archief
      • Anne Büdgen
      • Anne-Minke Meijer
      • Bart Smout
      • Christine Geense
      • Claartje Chajes
      • Derk Fangman
      • Elske van Lonkhuyzen
      • Enver Husicic
      • Esther Porcelijn
      • Eva Gouda
      • Eva Kelder
      • Gijsje Kooter
      • Hanneke Hendrix
      • Inge Schilperoord
      • Johannes Westendorp
      • Joop-Maris Vollering
      • Joubert Pignon
      • Kasper van Hoek
      • Kira Wuck
      • Koen Caris
      • Leon Brill
      • Leonieke Baerwaldt
      • Lize Spit
      • Lucas de Waard
      • Mariken Heitman
      • Marron Das
      • Martijn Simons
      • Matthijs Koevoets
      • Max Hermens
      • Michiel Stroink
      • Mijke Pol
      • Nicole Kaandorp
      • Renée Kapitein
      • Renske van den Broek
      • Sander van Leeuwen
      • Sara van Gennip
      • Sarah van Vliet
      • Stefan Popa
      • Sylvia Hubers
      • Teddy Tops
      • Tynke Hiemstra
  • Over shortreads_
Avatar foto Renée Kapitein
op 11 november 2020
Deel dit verhaal

Zo komt het wel heel dichtbij

Tigray staat bekend om zijn omhoog priemende bergen met steile kliffen, groene valleien en hier en daar woestijnlandschap. Deze pittoreske provincie is sinds vorige week het toneel van een hevige burgeroorlog. Lees ik. En weet ik. Ik klom er ooit de longen uit mijn lijf. Aangemoedigd door m’n zo juist gemaakte vriend. Die op zijn waterschoenen en met zijn minstens dertig jaar oudere lijf voor mij de berg op rende. Ik verstond hem niet. En hij verstond mij niet, zelfs niet als ik de paar woordjes sprak die ik had geleerd. De woordjes waren Amhaars, hij was Tigray. Toch wist ik dat hij trots was. Trots dat ik sneller was dan de rest. En dus liep ik nog wat harder.
’S avonds, toen het koud werd, echt koud werd en zijn tulband ook een deken bleek, dronken we een biertje en vroeg ik waarvoor zijn wapen was. De wolven? De bavianen? Hij lachte zijn tanden bloot en haalde z’n schouders op. Ook.
Ik lees over de burgeroorlog en denk aan hem en aan dat ik daar was en zeg nog net niet:“zo komt het wel heel dichtbij”, maar eigenlijk wel. Zo komt het wel heel dichtbij. Doet deze burgeroorlog, in deze pittoreske provincie mij meer dan een andere burgeroorlog in een andere pittoreske provincie of in een niet-zo pittoreske provincie? Omdat ik er was. Omdat ik er klom, een biertje dronk. Omdat ik het Tigray woord voor kou ken.

“Biden spreekt straks vanuit Wilmington, Delaware” zeggen ze op CNN. En mijn vader zegt: “Weet je nog dat we er waren, daar in Wilmington. En jullie zo lang moesten wachten voor het douanekantoor. En het zo warm was.” En ik herinner me het vaag, want ik was jong. Maar ik was daar. En het was warm. En het duurde lang. Doet deze speech in deze stad aan de Oostkust me meer dan een speech in een andere willekeurig stad? Omdat ik er was. Omdat het warm was. Omdat ik er wachtte tot m’n vader klaar was.

Elf november is de dag dat mijn lichtje… uitblijven mag. Zingend langs de deuren gaan vanwege Sint-Maarten wordt dit jaar dringend afgeraden door de veiligheidsregio Noord-Holland Noord. Dat staat daar. En ik denk aan hoe ik daar stond; zingend met m’n gepapiermacheede lampion. Op de kerkweg gaven ze altijd popcorn, de oude buren hadden alleen mandarijntjes en bij de boerderij over de brug, daar kreeg je een hele chocoladereep. Doet deze coronaregel me meer dan een regel over een feest dat ik nooit vierde? Omdat ik er stond. Omdat ik er zong. Omdat ik me elk jaar misselijk at.

Het ontwerp voor de herontwikkeling van het plein aan de Bos en Lommerweg is bekendgemaakt. Ik lees dat. En ik denk; ik woonde daar. Weet je nog. Ik woonde daar om de hoek en op het plein was de markt en de Febo en de Kruidvat en die winkel waar ik nooit kwam. Doet deze herontwikkeling van dit plein in West mij meer dan de herontwikkeling van een willekeurig plein? Omdat ik er was. Omdat ik er pleisters kocht. En friet.

“Bas heeft de uitslag,” zegt mijn moeder. En ik vraag niets. Ik durf niet. Ik denk alleen; ik wil het niet. Deze uitslag van deze man doet mij meer dan elke uitslag ooit. Omdat hij m’n vader is. Omdat hij er altijd is.

 


Over welk nieuws gaat dit?


Vorige verhaal
Alles is breekbaar
Volgende verhaal
Wat zou je liever?

Over de auteur

Avatar foto
Renée Kapitein

Zolang ze zich kan herinneren vertelt Renée Kapitein verhalen. Om deze verhalen een podium te geven studeerde ze dramaschrijven aan de HKU. Één podium vond ze niet genoeg en dus schrijft ze comedy voor sketchgroep Boesjans, (media-)campagnes voor organisaties die dat goed kunnen gebruiken en maakt ze podcasts. Oja en proza: haar debuutroman Waarom we huizen bouwen onlangs uit bij Ambo | Anthos en ze schrijft inmiddels al een tijdje aan een tweede boek.

Ook van deze auteur

Avatar foto door Renée Kapitein
14 november

De soda is op

4 Minute Read
Avatar foto door Renée Kapitein
11 september

Ezelsoren

6 Minute Read
Avatar foto door Renée Kapitein
28 juni

De blikjes

2 Minutes Read