het water zou komen, overal iedereen zei dat het water zou komen, dat het nu echt, maak dat je wegkomt, met twee tassen in de bus, geen tijd voor drie, poes op schoot, je dacht buren te zien, klasgenoot, zal wel neef van die en die, uit het oog verloren, geen tijd om achterom, je hart steekt, bus vol, je herkent geen vrienden, nog tien stadsgenoten dringen de bus in, mag niet van de verzekering, alsof dat kantoor morgen nog droog, buschauffeur roept instructies, angst voor een ander ruikt sterk, misschien kan je tabellen bewerken, je werk van vandaag gedaan, poes in gangpad van de bus, mag ook niet, laptop open, tabellen lezen, vergelijken, nieuwsflash, laptop dicht, muziek in je oren, je hart bonkt harder, iemand geeft je lauw water, had je niet aan gedacht, dag wordt zacht, licht in de bus prikt in je ogen, laatste stop bij toilet langs de weg, urine ruik je, mijn toilet met de scheurkalenders denk je, bus stopt bij Im Affen, nog meer bussen, het is nacht nu, uitstappen, je wordt een rij, geen plaats in de herberg, je bent met teveel, je zakt tegen de muur, tas in je rug, poes buiten, broer in een andere bus en andere stad, morgen neem je een trein, een hotel een paar dagen moet lukken, en daarna beslis je wat nu en wat straks, heb je toch geslapen, had je niet gedacht, brood is er en koffie, de rij voor het toilet, voor de douche, voor het ontbijt, blijkt het water inderdaad gekomen, wat met iedereen die daar, wat met je oplader, niet nog eens in de rij voor het stopcontact, je zoekt je poes, je moet huilen van de poezenogen, van de kras op je hand, dat alles onduidelijk, dat alles te vol, te lang, dat er eten komt over een uur, dat ze al een rij beginnen, dat je geen contact krijgt met het werk zegt je broer, dat hij geen hotel, voor de zekerheid, hier is niets zeg je, te veel mensen, dat je naar het toilet tussen de mensen die ook
Cornelieke Veldhuizen-Boot