Zijn wandelschoenen doet hij aan. Dat scheelt ruimte.
Hij trekt de rode veters strak, de weeë geur van leervet in zijn neus.
De zware schoenen voelen onwennig aan zijn voeten.
Zijn moeder dringt aan op een ontbijt. Haar liefde bestaat uit kippenlevers, rijst en gebakken uien.
Het ticket heeft hij in zijn borstzak, zijn paspoort in de buidel om zijn heup, samen met zijn portemonnee en het blad van de Ginkgo Biloba dat zijn moeder hem toestopte in de vertrekhal. ‘Voor een veilige reis’ had ze gezegd.
Het liefst had ze zijn koffer vol eten gestopt.
De kippenlever in een plastic bakje tussen zijn landkaarten en wandelsokken.
Hij houdt niet van vliegen.
Bij elke ademhaling denkt hij aan de bergen die hij zal beklimmen.
In: Pic de Montcalm, 3077 meter. Uit: Pico Porets, 3375 meter.
In: Monte Perdido, 3355 meter. Uit: Mont Valier, 2838 meter. Pic de Cabrere, Aneto, Col du Tourmalet, Col d’Aspin.
Het vliegtuig zet de landing in.
Zijn portemonnee is weg. Hij was naar de wc gegaan om zijn gezicht te wassen en nu is hij weg.
Alleen het blad van de Ginkgo Biloba en zijn paspoort zitten nog in het zijvak.
Zijn portemonnee gestolen.
Hij snapt het niet, hij heeft goed opgelet.
Hij legt uit wat er is gebeurd. ‘Portemonnee’ zegt hij. ‘Gestolen.’
De man in het uniform schuift het formulier naar hem terug. ‘Zeichnen Bitte’.
Zijn paspoort wordt hem afgenomen. Zijn vingers worden in de inkt gedrukt.
Een enveloppe wordt hem toegeschoven, vreemde, knisperende bankbiljetten. Hij probeert het nog eens:’Gestolen!’
De man duwt hem naar de uitgang, het busje in, waar anderen op hem wachten.
Dagen zit hij in een stoel en kijkt.
Hij ziet gezinnen, mannen alleen met rommelige baarden, kinderen met snottebellen, tranen in ogen.
‘Dat hij wil wandelen’, probeert hij af en toe te zeggen. ‘Wandelen in het buitenland.’ Ze verstaan hem niet.
De kinderen lopen verschrikt naar hun moeders, de mannen zien hem niet. De vrouwen blijven uit zijn buurt.
Hij verlangt naar kippenlever, rijst en gebakken uien.
Nieuwsbron: nos.nl