Richard staat met zijn rug tegen de reling van het hoofddek geleund en kijkt naar het champagnedrinkende gezelschap. Van hem had het niet gehoeven met het jacht. Ze hadden de donateurs vanavond ook in de tuin van de stichting kunnen ontvangen. Het is een best mooie tuin, en met wat sfeervolle verlichting kom je een heel eind. Maar ja, Constance vond een jacht geschikter, gezien de riante bedragen die er in het afgelopen jaar werden gedoneerd. ‘Voor wat hoort wat,’ zei ze. Constance heeft meestal gelijk, dat moet hij toegeven. Hij betrapt zich er soms op haar een salarisverhoging te willen geven maar heeft zich tot nu toe nog altijd kunnen inhouden. Het was prachtig, het uitzicht op het eiland in de roodoranje gloed van de ondergaande zon toen ze aan kwamen varen. Hij zag de donateurs vertederd naar het pijnbomenbos langs de kust kijken. Daar doen ze het natuurlijk voor: het behoud van de unieke biodiversiteit van dit stukje aarde. Op de website van de stichting staat het wat mooier verwoord, met dank aan Constance, maar na vijf glazen champagne komt hij niet meer op de schitterend geformuleerde volzinnen die hij een uur geleden nog in zijn door Constance geschreven speech heeft voorgedragen.
Daar heb je haar, Constance. Ze legt haar sierlijke hand op Richards schouder en zegt dat de kapitein zo iedereen via de speakers oproept om naar het zonnedek te komen. ‘Voor een verrassing,’ voegt ze er knipogend aan toe. Hij moet toch niet weer een toespraak houden? Ze gebaart hem om dichterbij te komen. ‘Vuurwerk,’ fluistert ze, en haar warme adem kietelt zijn oor.
Vuurwerk? De arme vogels. Hij voelde zich al lichtjes bezwaard dat ze hier zo dicht voor de kust muziek draaiden, al moet hij toegeven dat het gevoel van ongemak met elk glaasje iets wegzakte. ‘Om het feest knallend te laten eindigen, zodat de donateurs het zich lang zullen herinneren.’ Haar ogen twinkelen.
En de vogels dan, wil hij zeggen. De muziek stopt, gevolgd door de oproep via de speakers. Richard hoort opgetogen gemurmel om zich heen en beweegt met de rest mee naar het zonnedek. De donateurs kijken om zich heen op zoek naar de verrassing. Een fluitend geluid, een knal, de hemel verlicht. De arme vogels, denkt hij en pakt nog een glas champagne van het dienblad van een van de cateringmeiden. Iedereen staart omhoog. Meer knallen. Nu pas ziet hij dat het vuurwerk geheel in de groentinten van het logo van de stichting is, pijnboomgroen. Hij glimlacht, dat heeft Constance toch weer mooi geregeld. Misschien moet hij haar echt wat meer gaan betalen. Hij kijkt om zich heen maar kan haar nergens vinden.
Over welk nieuws gaat dit?