Randy hield al jaren niet meer van zijn vrouw, maar kreeg het ook niet voor elkaar om haar te verlaten. De vakanties waren het ergst. Zijn vrouw wilde alles tot in de puntjes geregeld hebben. Zelf zocht hij veel liever het avontuur op door bijvoorbeeld van hutje naar hutje te trekken of naar Afrika te gaan om roofdieren te bekijken. Maar zijn vrouw was daar te dik voor geworden. Ze hijgde al bij vijfentwintig graden en paste bovendien niet meer goed op een stoel wat reizen in een smalle bus er ook niet gemakkelijker op maakte. Randy had altijd al wat met roofdieren gehad en had zelfs een tatoeage van een tijger op zijn onderbeen laten zetten.
Ik wil wat intuïtiever gaan leven had hij tegen zijn vrouw gezegd. Ze begon te lachen en zei dat haar intuïtie haar vertelde dat de afwas gedaan moest worden.
Dit jaar gingen ze naar een van de grootste dierenparken van Europa. Zo komen we toch een beetje in de buurt van Afrika, had zijn vrouw gezegd terwijl ze haar tweede ijsje van die dag naar binnen werkte. Het was vakantie, dus moest je jezelf niets ontzien vond ze. Toen ze bij de tijgers aankwamen voelde Randy zich melancholisch worden. De katten zaten zo perfect in elkaar en hadden voor zo ver dat binnen de hekken kon een goed leven. Hij bekeek de helling waaronder de tijgers woonde, hij hoefde maar een hekje over en zou daarna via de helling naar beneden kunnen klimmen. Misschien was het een vlucht, misschien was het het laatste avontuurlijke wat hij in zijn leven zou ondernemen maar daarna was hij vrij.