[pakkende openingszin – misschien een citaat]
[eerste beschrijving van plaats, aanvankelijk nog abstract]
[beschrijving van tijd, gekoppeld aan A) een actueel nieuwsbericht of B) een persoonlijke anekdote – introductie van een ‘ik’]
[uitgebreidere beschrijving van plaats aan de hand van details die de ik registreert, zoek een passend en verrassend beeld hiervoor]
[als A: de ik reflecteert op het eerste nieuwsbericht en associeert verder naar een tweede nieuwbericht, een derde – belangrijk is het gedachteproces hier weer te geven]
[als B: kleed de anekdote in met een beeld, een uitspraak, een geur, het geluid van een glas dat een keer stuitert en dan kapotvalt op het zwarte steen van een frans balkon – maak duidelijk hoe de herinnering zich opdringt]
[als A: besluit met de conclusie van deze gedachtegang, wees bang om prekerig te klinken waardoor het gelaten wordt]
[als B: werk toe naar het einde van de herinnering (wil niet te veel doen), geef aan dat (niet hoe) deze nog doorleeft in het heden]
[ihgv A of B: schrijf een slotzin die refereert naar de openingszin om het rond te maken, verwijder die vervolgens]