Toen de grens van het fatsoenlijke uiteindelijk bereikt was, kwam er al snel een verbod op ‘weer-metaforen wanneer gebezigd door politie in officiële functies’. Ambtenaren werkten er maanden aan, de kleine lettertjes bleken bijzonder moeilijk vast te stellen. ‘Tsunami’ en ‘vloedgolf’ waren niet meer wenselijk, net als ‘frontale depressie’ en ‘hittegolf’, althans, als het niet echt over het weer ging.
Maar wat te doen met ‘de temperatuur aanvoelen’ of ‘als de bliksem’? Er was een wethouder in Loon op Zand die het vaak had over het ‘corioliseffect’ wanneer hij sprak over het onverbiddelijke verstrijken van de tijd, dat was natuurlijk op zich al belachelijk, maar was het ook te verbieden? In de gemeente Terneuzen was er een raadslid met de bijnaam ‘wervelwind’, zij verzette zich hevig tegen de nieuwe regels, maar moest uiteindelijk haar geuzennaam opgeven.
Hoe moest het met ‘atmosfeer’, ‘hondsdagen’, ‘lichtende nachtwolken’? Was dit geen teloorgang van de dichterlijke vrijheid van de ambtsbekleder, vroegen opiniemakers zich hardop in de krant af. Het was al zo slecht gesteld met de taal. Er kwamen discussies over censuur, een andere wethouder zei grappend dat de regels in nevelen waren gehuld. Hij werd ontslagen.
Om het allemaal nog wat ingewikkelder te maken, leek het weer het spelletje mee te spelen. De hitte zorgde voor lekkende haarverf, hagelstenen zo groot als golfballen sloegen gaten in tenten tijdens de campagne, een koudegolf zorgde ervoor dat verschillende buitendebatten moesten worden afgelast. Je zag iedereen een paar seconden denken voor ze er iets over zeiden. ‘Het regent wel erg hard’ kon nog wel toch?
Het was een jammerlijk einde aan zijn carrière, gaf de premier maanden later in een interview toe. Samen met de interviewer keek hij het fragment terug dat hem de das om deed. Het water drupte uit zijn korte haren op de schouders van zijn colbertje, paniekerig keek hij om zich heen. De verzamelde pers kon hem nauwelijks verstaan, maar net genoeg om er een enorm schandaal van te maken toen hij zei: ‘tsja, ik ben dan ook geen mooiweerpoliticus’.