Wanneer je al oneindig lang alleen bent verliest het begrip eenzaamheid mettertijd betekenis maar dat leidt niet automatisch tot geluk. Was het maar zo eenvoudig. Ze vindt het moeilijk om iets over zichzelf te vertellen, deze bruine dwerg1 – ook omdat er nooit naar gevraagd wordt, maar moest dat op een dag toch gebeuren dan zou ze haar gemoedstoestand als onvervuld omschrijven. Of gewoon onrustig. Onrustig en een beetje verdrietig.
Ze brengt het grootste deel van de tijd door met het kammen van haar lange haar. Door al dat kammen is het in de loop der eeuwen wat vlassig en vaal geworden maar wat moet ze anders doen? Dit is een rustige uithoek van het heelal, er zijn geen grote sterren in de buurt die de boel wat verlevendigen met hun gravitatievelden en haar tweelingzus heeft zich al zo lang geleden losgemaakt uit hun aanvankelijke verstrengeling dat ze haar zelfs met de verrekijker niet meer terug kan vinden. Voorgoed verdwenen in de eindeloze diepte van het heelal.
Met die verrekijker, die aan een riempje om haar nek hangt, heeft ze onlangs wel iets anders ontdekt. Dat kleine planeetje zo’n twintig lichtjaar verderop dat vroeger alleen opviel door zijn dampkring lijkt tegenwoordig behoorlijk actief. De bewoners daar slepen van alles heen en weer, stapelen dingen op elkaar, boren putten en storten ze weer dicht. De donkere kant wordt daar steeds minder donker, alsof ze de sterrenhemel willen spiegelen. Ze bouwen voortdurend allerlei stenige constructies en om de zoveel tijd maken ze een paddenstoelachtig wolkje en dan begint het hele spel opnieuw. Het ziet er gezellig uit. Bovendien zijn ze onlangs begonnen met het bouwen van hun eigen verrekijkers en schieten ze allerlei toestellen links en rechts de ruimte in op zoek naar iets.
Het stelt allemaal nog niet zo veel voor, het is te klein, te krachteloos en ze zal geduld moeten hebben, maar toch zwaait ze bij iedere nieuwe lancering weer met beide armen boven haar hoofd. Hier! Hier ben ik! Helemaal klaar om ontdekt te worden!
1Een ongelukkig gekozen term, waar ze zich nog regelmatig over op kan winden, want ze is niet echt bruin en al is ze voor een hemellichaam relatief klein, ze is toch altijd nog groter dan een gasreus.