Dag 1
Shit.
Dag 2
Shit shit shit.
Dag 3
Joh, het is makkelijk, zeiden ze. Alleen een beetje zitten, zeiden ze. Er kan feitelijk niets misgaan, zeiden ze. Dat is allemaal leuk en aardig, maar hier zit ik dan. Omringd door ni.. wacht, is dat, daar in de verte, een bo.. nee.
Dag 7
Eten is gelukkig geen al te groot probleem, ik heb alles wat ik nodig heb om vis te vangen. En als ik nou… ja, ik kan voorzichtig proberen een vuurtje te maken om ze te bereiden. M’n water zal ik moeten rantsoeneren, ik weet niet hoe lang ik hier nog zit en veel is het niet meer.
Dag 8
ZE ZIEN ME NIET ZE ZIEN ME NIET WAAROM ZIEN ZE ME NIET KIJK NOU DEZE KANT OP HIER BEN IK HIER HIER HIER
Dag 9
Shit
Dag 13
Oceaanvissen kunnen ook niet leven van zout water, gek genoeg. Ze pompen grote hoeveelheden water door hun lijf en dankzij speciale cellen in hun kieuwen wordt zo het zout eruit gefilterd zodat er iets drinkbaars overblijft. Ze hebben geen keus, net als ik. Geen keus. Geen keus.
Dag 19
Al vier keer zag ik een schip, maar zij zagen mij niet. Of wilden me niet zien. Ik probeerde te seinen, met de radio, met gebaren. Niets. Misschien ben ik hier ook niet, heb ik hen ook helemaal niet gezien. Is er niets anders dan het water. Is het water mijn plek. Misschien moet ik… moet ik…
Dag 24
Dag 32
Nina bobo, oh, nina bobo, kalau tidak bobo, digigit nyamuk
Adik sayang, adikku sayang, tidurlah, tidur dalam buaian
Dag 39
Als klein jongetje kon ik uren aan de kust staan, turend over het oneindige water, dromend van wat daar aan de andere kant lag. Nu weet ik het. Er is daar niets. Er is slechts de oneindigheid van het water. Het water dat me het ene moment met rust laat, me aan m’n lot overlaat, het andere moment met geweld van zich af lijkt te willen schudden. Me wil vertellen dat ik geen plek heb aan haar oppervlakte, er niet mag zijn. Er niet mag zijn.
Dag 43
tidurlah, tidur dalam buaian. Slapen. Alleen nog slapen.
Dag 49
In de verte, is dat een… schip. Weer een. Of weer geen. Het water laat je zien wat er niet is, niet zien wat er wel is. Wat is wat. Nog een keer, een teken, waarom ook niet. Wacht, ze komen dichterbij. Zien ze me? Ze zien me. Ze zien me. Ze zien me.