Ik zou het natuurlijk weer over Trump kunnen hebben. De man doet een boel verkeerd. Hij had al lang moeten zijn afgezet, want hij is gevaarlijk.
Maar is hij niet ook een afleidingsmanoeuvre. Alles wat hij doet: een afleidingsmanoeuvre.
Terwijl Groot Brittannië de trossen los gooit, en koers zet naar de eerste de beste ijsberg. Ze zijn er nog, de ijsbergen. Ook Nederland is nog niet door de zee verzwolgen. Er ligt zelfs een soort van sneeuw op straat.
In Davos zijn ze er achter. Het had allemaal al eerder beter gemoeten.
Maar ja, het is te laat. En daar is Bolsonaro.
Ik denk vaak terug aan Lubbers. Volgens mij bedacht hij het woord ombuigingen. Hij maakte van een vrolijk land iets naars. Maar één ding was belangrijk: bezuinigen. Het begrotingstekort moest naar nul. Dus was niets meer echt nodig, alles mocht worden afgebouwd. Eerst de dingen die fijn waren, toen de dingen die leuk waren, toen de dingen die aardig waren, toen alle dingen.
We liepen in het schemerduister, maar voor Europa waren wij een voorbeeld. Wat ging het goed met onze staatsschuld. Theaters sloten, klaslokalen puilden uit, kraakpanden werden ontruimd, buslijnen werden opgeheven. En Nederland werd rijker. Maar wij niet. Wij werden groepen en groepjes met keiharde, onverenigbare standpunten. Wij gingen naar verpieterde scholen, waar we werden klaargestoomd voor de veertigurige werkweek, voor de baas en de dun-belegde boterham. Voor de onbeschrijflijk saaie buitenwijk. Een geprefabriceerd huis met bouwpakketmeubels van geperst hout.
En langzaam verloren we de hoop, de moed, de energie, de interesse. Onuitgeslapen snauwers en schreeuwers werden we. Bangerds en gemenerikken. Kluitjes klootjesvolk in een plat, grijs land.
Het soort mensen dat gele hesjes aantrekt, met fascistische vlaggen zwaait, rode petjes op zet. Het soort mensen dat niet oplet; te dom is, te opgefokt, te overtuigd van het eigen kleine gelijk.
En ondertussen