Ik heb een wens, een kleine wens, voor een hele dag geen nieuws. Niet dat er niets gemeld wordt. Er valt gewoonweg niets te melden.
Het is stil, maar niet té stil. Er is niet opzienbarend veel of weinig vogelgefluit te horen en er is zoals altijd een kleine ochtend- en avondspits, vooral rond de grote steden in de Randstad, hoewel er geen ongelukken gebeuren. Niet eens bijna. De files zijn zelfs zo soepel en doodnormaal dat de meeste auto’s netjes in de tweede versnelling door kunnen rollen tot de colonne losbreekt en iedereen keurig 100 rijdt, want het is nog geen zeven uur. Dat valt toch weer mee, denken de meeste automobilisten, en vergeten vervolgens dat ze zich zorgen hadden kunnen maken.
Het is twintig graden met zon en windstil. Als je wil, zou je een korte broek kunnen dragen, maar dat hoeft niet. Vliegtuigen met vracht en passagiers vliegen rustig door en landen soepel. Geen storm in zicht. De vliegtuigen die gevaarlijkere en schadelijkere dingen vervoeren, chemische en explosieve dingen, hangen stil in de lucht. De piloten slapen vredig op hun stuur en dromen van die ene fijne zomerdag toen ze acht waren en softijs van hun polsen likten.
In hun grote huizen en kantoorgebouwen sturen de grote mensen geen grote mails. Ook geen kleintjes. De telefoons gaan niet over en er worden dan maar voor de zekerheid ook geen belletjes gepleegd, want dat ene vaag-onethische bevel waar drie dagen lang hevig over is gediscussieerd kan nog wel even wachten. Ze zijn nu even niet boos dat er mensen anders zijn dan hen en verzinnen daar geen bozere regels over. Morgen weer. De grote mensen knopen hun bloezen wat losser en besluiten wat eerder naar huis te gaan vandaag. De straten zijn druk, maar niet uitzonderlijk druk. Gewoon, druk zoals een levendige stad dat is. In de dorpen stijgt er enkel rook op door de barbecues die een paar dappere gezinnen aansteken, maar niet opvallend veel. Gewoon, precies het aantal wat je zou verwachten.
Er worden precies evenveel mensen geboren als er sterven. Dat had bijzonder kunnen zijn als iemand het bij aan het houden was, maar het glipt, net zoals de rest van deze dag, onopgemerkt voorbij.
In de avondspits, die langzaam loskomt, zetten automobilisten hun radio iets harder voor het nieuws van half zes. Hierna komt hun favoriete nummer. Als je goed zou opletten, zou je merken dat iedereen synchroon heel diep in- en uitademt.
“We houden het kort vandaag,” zegt de nieuwslezer. In zijn stem speelt een glimlach. “Eigenlijk hebben we niets te melden. Maar nu ik u toch even heb – mijn buurmeisje zegt dat haar moestuin er erg goed bijstaat dit jaar. En of ik een keer de radijsjes wil komen proeven.”