Ze had de tattoo laten zetten op een illegaal feest. Het oneindigheidsteken, omdat ze altijd vrienden zouden blijven. Ze waren meer geweest dan vrienden, zielsverwanten, een kopie, dezelfde persoon. Het was een jaar geleden en sinds twee maanden was het over. Toen haar familie had gevraagd wat er gebeurd was zei ze: “ik zie haar niet meer”.
Ze keken televisie. De ceo van het almachtige social media bedrijf onthulde hun nieuwe logo. “Godverdomme,” zei ze. “Godverdomme.” Ze hield haar pols omhoog en keek naar de tv. “Nee joh, zo moet je dat niet zien,” zei haar huisgenoot. “Die van jou heeft toch een totaal andere vorm?” Ze haatte Amerika. Ze haatte de socials en hoe oppervlakkig die alles maakten.
Tussen de afwas in de keuken zocht ze naar het witte aardappelschilmesje. Het was nieuw en zo scherp dat iedereen zich er al een paar keer mee in zijn vingers had gesneden. Ze schonk een longdrinkglas vol gin, dronk het op terwijl ze naar het licht keek van de straatlantaarn dat door het raam naar binnen viel en pakte daarna haar arm. Ze begon te snijden.