kus me in wit gehulde non kom bij me
jij zwart getooide priester ik symboliseer ons allebei
het juk van deze reis is niet zo zwart maar grijs
we begeven ons in een tussentijd
begeer me zwarte merrie het sneeuwwitte veulen wacht
we raken elkaar als het bebloede nieuwgeboren kind
ruw en ongeremd maakt ongeliefd en schept verzet
je ziet het ontpoppen tussen de inktzwammen
die zijn van ons.
draag dus maar jezusjeans en wen eraan
zo verlos je me van het gif verleid me
met ingescheurde schermbloemen
en vijf gekleurde condooms bij de kassa
ze liggen klaar.
koop daar ook een welgemeend excuus
voor tijdens je laatste uur onder het puin
dan ben je naakt en vroom
het maakt de wereld beter
zie, de dood valt niet zwart uit maar is veelkleurig
het kijkt je rijpend aan door een rood montuur