Koffie en geroosterd brood.
Een tafel, een krant.
Ze veegt de kruimels van Wiebes die juicht om de Panama papers en kijkt uit het raam.
Een glazenwasser komt voorbij.
Éen slok, één bladzij van de krant:
Het referendum en wie vóór stemt of tégen of niet…
Seedorf wist niets van constructies met contracten.
De man bij het raam wappert vragend met zijn zeem.
Ze knikt dat het goed is.
Éen slok, één bladzij van de krant:
De terugkeer van het asielkind verdient meer inzet en dat het Brands om het boek te doen was, dat iedereen die van boeken houdt verslagen achterblijft.
‘Dat klopt’, denkt ze, en: ‘Die man maakt strepen op mijn raam.’
Éen slok, één bladzij van de krant:
Een rode kaart is fataal voor Atlético en er zijn vluchtelingen clowns,er zijn fucking vluchtelingen clowns!
Het Europese asielbeleid zou humaner moeten zijn.
De man maakt achtjes met zijn spons.
Water druipt in zijn mouw.
Er zijn bus stakingen tegen geweld en zeugen zouden minder biggen moeten krijgen.
Brands is dood, Schelvis is dood en de laatste authentieke kaasboer is van de wallen verdwenen.
De man gebaart dat hij klaar is. ‘Streeploos’.
Ze steekt haar duim op.
‘goed hoor.’ Denkt ze.
Een laatste slok.
De koppen in haar hoofd zijn vetter gedrukt dan in de krant vandaag.