shortreads_

Iedere werkdag een kort verhaal over de actualiteit
Menu
  • Beginpagina
  • Auteurs
    • Anna van der Kruis
    • Anne Lichthart
    • Anne-Minke Meijer
    • Christine Geense
    • Claartje Chajes
    • Dirk van Pelt
    • Enver Husicic
    • Elske van Lonkhuyzen
    • Gijsje Kooter
    • Jam van der Aa
    • Joop-Maris Vollering
    • Jozien Wijkhuijs
    • Kasper van Hoek
    • Laurens van de Linde
    • Lena Kurzen
    • Leon Brill
    • Manik Sarkar
    • Matthijs Koevoets
    • Nicole Kaandorp
    • Renske van den Broek
    • Sarah van Vliet
    • archief
      • Anne Broeksma
      • Anne Büdgen
      • Annemarie de Gee
      • Bart Smout
      • Derk Fangman
      • Esther Porcelijn
      • Eva Gouda
      • Eva Kelder
      • Hanneke Hendrix
      • Inge Schilperoord
      • Jirke Poetijn
      • Joubert Pignon
      • Kira Wuck
      • Koen Caris
      • Leonieke Baerwaldt
      • Lize Spit
      • Lucas de Waard
      • Mariken Heitman
      • Marron Das
      • Martijn Simons
      • Max Hermens
      • Michiel Stroink
      • Mijke Pol
      • Pascal Vanenburg
      • Renée Kapitein
      • Sander van Leeuwen
      • Sara van Gennip
      • Stefan Popa
      • Sylvia Hubers
      • Teddy Tops
  • Over shortreads_
Avatar foto Sylvia Hubers
op 22 december 2016
Deel dit verhaal

In het midden

Ik had weer zitten oreren en toen mijn man aan mij vroeg waar ik nog wél links in was wist ik niks te verzinnen. Ik was een rechtse praatjesmaker geworden, dat was duidelijk, met een links hart aan de verkeerde kant. Mijn man was er niet blij om en niet verdrietig. Die had zelf zijn hart precies in het midden en hij hield van me, wat ik ook was. Daar ging het ook niet om, of hij van me hield – er zou altijd linksom, rechtsom iemand te vinden zijn die zo gek was om van mij te houden. In zo’n soort wereld leven we. En als ik mijn best deed, kon ik zelf ook wel van iemand houden, dus daar lag niet het probleem. De vraag was of ik nog links was. Ik was altijd links geweest, een soort erfelijke linksheid die me verbond met mijn ouders, met mijn jeugd, met mijn soort. Als ik rechts zou worden zou ik me moeten overplanten, me bij de blauwe dassen voegen, of bij de mensen in de wijken. Ik zou mijn gedrag en kleding moeten aanpassen, nieuwe vrienden vinden, andere mensen een hand geven, op de schouders slaan, ik zou naar andere muziek moeten luisteren. Mijn man zou het gelaten aanzien, dat wist ik nu al. Mijn gedaanteverwisseling zou voor hem een rimpel zijn in een oceaan waarin niets iets uitmaakt. Want hij weet dat het echte hart zich altijd wel ergens dichtbij het midden schuilhoudt.

 

Uit: Hier moet ik ingrijpen, Prometheus 2015




Vorige verhaal
Handleiding voor een gelukkige kerst
Volgende verhaal
Tijn
Tijn, het jongetje van één miljoen

Over de auteur

Avatar foto
Sylvia Hubers

Sylvia Hubers schrijft gedichten, prozagedichten en kort absurdistisch proza. Ze publiceerde zes dichtbundels en onlangs verscheen bij Prometheus haar eerste bundel microproza Hier moet ik ingrijpen. Ze leest geregeld voor en maakt deel uit van De Vorlesebühne, een groep schrijvers die kort vreemd proza op het podium brengt.

Ook van deze auteur

Avatar foto door Sylvia Hubers
11 oktober

Het water kwam

1 Minute Read
Avatar foto door Sylvia Hubers
13 september

Sssst…

2 Minute Read
Avatar foto door Sylvia Hubers
12 juli

Spaart water

2 Minute Read