Dhr. L. van B.
Dorpstraat 24
Geldermalsen
Geldermalsen, 24-12-2015
Beste L.,
met deze brief wil ik even sorry zeggen. Nou ja ‘wil’, ik moet. Als onderdeel van je weet wel, mijn straf. Ongelooflijk, ik een straf. Terwijl die klootzakken kunnen doen wat ze willen. Maar goed. Sorry dus. Ik had die dingen niet moeten roepen naar je. Ik had je zoon niet zo bang moeten maken, en ik had je raam heel moeten houden. Achteraf is dat misschien wel zo.
Maar weet je wat het is?
Het zijn die vluchtelingen. Die uitvreters. Die gelukszoekers. Die gasten met hun leren jasjes. Ze maken Nederland kapot. Ons land. Door ons opgebouwd en groot gemaakt. Ze komen profiteren, en ik kan betalen.
En jij wil dat geteisem maar lekker binnenhalen in ons dorp. Niemand wil het. Niemand zit op ze te wachten. En het is toch zeker ons dorp? Ons mooie dorp, waar, ok, het centrum nu een beetje aan puin ligt, maar goed kan je ons dat kwalijk nemen? Moet je maar geen hekken neerzetten. Wij mogen toch ons punt gewoon duidelijk maken?
En ik doe het niet voor mezelf hè? Ik doe het voor onze kinderen. Voor mijn dochter! En voor jouw zoon. Ik maakte hem een beetje bang, maar ik weet zeker dat hij me later dankbaar zal zijn. Dat jullie daar aangifte van hebben gedaan, daar vind ik wel wat van. Maar dat zal ik wel weer niet mogen zeggen.
Maar goed. We zijn al vijftien jaar buren, dus ik neem aan dat je het wel begrijpt. Ja toch?
Nico.