Ik heb veel geduld, maar ik heb een hekel aan files. Nu denk je: dat is typisch iets wat ongeduldige mensen zeggen. Zoals sommigen een verhaal inleiden met ‘ik ben helemaal niet van die zweverige dingen, maar…’ en dan twintig minuut doorgaan over die auratekenaar uit Zaltbommel wiens positieve energie ze al op de snelwegafrit konden voelen en over zijn kleurpotloodtekening vol levensverrijkende inzichten. Ik heb trouwens ook eens zo’n auratekenaar ontmoet (even geduld, we komen straks weer terug op files). Hij tekende me als een stokfiguur, pakte zijn rode potlood en voegde een enorme wolk als buik toe. ‘Daar zit heel veel liefde in,’ zei hij. Ik was blij met de rode wolkenbuik want de vriendin die vóór me aan de beurt was kreeg een tekening van een onthoofd stokfiguur. ‘Je hoofd is elk contact met je lichaam kwijt,’ had hij tegen haar gezegd. Ineens haalde de auratekenaar een zwarte permanent marker tevoorschijn en begon hij verwoed kruisjes in mijn wolkenbuik te tekenen. Nou ja, kruisjes, het waren dikke vette kruizen. Hij bleef maar doorgaan totdat van de rode wolk niets meer te zien was. ‘Waar veel liefde is, is ook veel pijn,’ zei hij. De vriendin met het contactloze hoofd giechelde.
Sorry, we zijn afgedwaald. We hadden het over geduld. En we moeten ook nog iets met file, dat is de titel.
Oké, eerst geduld. Er is maar één iemand die nog geduldiger is dan ik: Ed (misschien een beetje laat om hem hier halverwege te introduceren, maar Ed is altijd laat). Zijn naam past niet bij hem. Hij is meer een Zachariah of een Laurent-Sebastien die je oneindig lang kunt rekken en in slow motion kunt uitspreken.Elke keer dat ik met hem naar of van het werk meereed en we in de file stonden riep hij vrolijk: ‘Ik ben in de file geboren,’ terwijl ik afwisselend op de dashboardklok, mijn mobiel en met gestrekte nek naar voren keek in de richting waar de file zou kunnen oplossen. Dan vertelde hij altijd hoe zijn ouders naar het ziekenhuis reden en onderweg de persweeën begonnen. Zijn vader moest ineens vol op de rem trappen omdat er iets verderop een gekantelde vrachtwagen alle rijstroken blokkeerde. Uiteindelijk werd Ed met de hulp van een touringcarchauffeur en een gepensioneerde kaakchirurg in een Opel Corsa geboren. De toeristen uit de touringcar maakten foto’s.
Ik wilde Ed vertellen dat ik op hem verliefd was. Ik kon geen gepast moment vinden en nam me voor het bij de eerstvolgende file te doen.
Ik draaide de radio iets zachter en zei het.
‘Stap eens uit,’ was zijn reactie.
Ik dacht dat we staand op de A1 zouden zoenen, dat de hele file zou applaudisseren en vrachtwagens zouden toeteren. Ik stapte uit, bleef zo nonchalant mogelijk in het half geopende portier staan en wachtte op Ed. Hij boog zich langzaam over de bijrijdersstoel en trok mijn portier dicht, ik kon net op tijd opzij springen. Met piepende banden reed hij via de vluchtstrook weg.