Het centrale probleem waarvoor het gat zich ziet gesteld is de vraag wie hem zal uitgraven.
De oudste gatensoorten ons bekend – uit de zogenaamde kraterfamilie – maakten handig gebruik van de impact van meteorieten en ruimtepuin op het nog jonge aardoppervlak. Toen zich geleidelijk een atmosfeer vormde en de klimatologische omstandigheden stabiliseerden stierf een groot deel van deze gaten uit en gedurende 500 miljoen jaar waren het vooral de kleinere getijdenkuilen die de dienst uitmaakten. Pas tijdens de Cambrische Explosie kwam de ontwikkeling van gaten in een plotselinge stroomversnelling. Het geologisch archief van deze periode laat een enorme rijkdom zien zowel in kwantiteit als adaptieve zones van de meest uiteenlopende gatsoorten. Aanvankelijk vooral in de zeebodem maar het duurde niet lang of ook het vasteland en de biosfeer werden gekoloniseerd.
Toch is het pas met de uitvinding van de mens, ongeveer 2,5 miljoen jaar geleden, dat het gat het uitgravingsvraagstuk dat zo wezenlijk is voor zijn overleving, definitief in zijn voordeel heeft weten te beantwoorden. De introductie van de Homo habilis (de handige mens) bracht een evolutionaire groeispurt op gang die met de opeenvolgende modellen alleen maar toegenomen is in snelheid.
Tegenwoordig zien we dan ook een vrijwel onafzienbare diversiteit aan gatenklassen, -ordes en -families. (Zelfs de uitgestorven gewaande kraterfamilie is recent weer opgedoken in de vorm van de nauw verwante bominslag.) Maar de meest succesvolle telg uit deze enorme familie blijft toch de Cloaca Maxima, in de volksmond ook wel ‘riool’ genoemd. Zijn van oudsher verticale positie en gladde wand bleken in combinatie met de zwaartekracht de ideale preadaptatie om het tot onmisbaar attribuut te schoppen voor zijn gastheer Homo sapiens, die altijd angstige, nooit opgevende ploeteraar.
Geraadpleegde literatuur:
- Trevis, L., Ölstrom V. (2009). The whole and the hole: the essential is missing. St. Martin’s Press.
- Baauchi, B (2016). The evolutionary dynamics of holes: a hybridization perspective. Oxford University Press.
- Solinger, E. (1999). So Tief! Thüringer Center for Theory and Research Conference.
- Theraux, B (2023). Mapping the void: a brief history of holism. Redout Publishers