shortreads_

Iedere werkdag een kort verhaal over de actualiteit
Menu
  • Beginpagina
  • Auteurs
    • Anna van der Kruis
    • Anne Lichthart
    • Anne-Minke Meijer
    • Christine Geense
    • Claartje Chajes
    • Dirk van Pelt
    • Enver Husicic
    • Elske van Lonkhuyzen
    • Gijsje Kooter
    • Jam van der Aa
    • Joop-Maris Vollering
    • Jozien Wijkhuijs
    • Kasper van Hoek
    • Laurens van de Linde
    • Lena Kurzen
    • Leon Brill
    • Manik Sarkar
    • Matthijs Koevoets
    • Nicole Kaandorp
    • Renske van den Broek
    • Sarah van Vliet
    • archief
      • Anne Broeksma
      • Anne Büdgen
      • Annemarie de Gee
      • Bart Smout
      • Derk Fangman
      • Esther Porcelijn
      • Eva Gouda
      • Eva Kelder
      • Hanneke Hendrix
      • Inge Schilperoord
      • Jirke Poetijn
      • Joubert Pignon
      • Kira Wuck
      • Koen Caris
      • Leonieke Baerwaldt
      • Lize Spit
      • Lucas de Waard
      • Mariken Heitman
      • Marron Das
      • Martijn Simons
      • Max Hermens
      • Michiel Stroink
      • Mijke Pol
      • Pascal Vanenburg
      • Renée Kapitein
      • Sander van Leeuwen
      • Sara van Gennip
      • Stefan Popa
      • Sylvia Hubers
      • Teddy Tops
  • Over shortreads_
Anne Büdgen
op 19 augustus 2019
Deel dit verhaal

Nog even ertussenuit

Er loopt een man buiten met een hond. Hij schopt een steentje weg en kijkt op zijn telefoon. De hond trekt aan de riem. Ik raak van slag van de man. Hij zou daar niet moeten lopen. Niet nu. Hij zou zo uit Waddinxveen kunnen komen met die teckel en dat sportieve jack. Maar daar ben ik niet. Ik ben in Estland in een huis dat ik niet ken.

Als ik van de wc kom, zit J. aan tafel en doet net of hij hier woont. Hij past opmerkelijk goed in het interieur. Een glazen tafel, een designbank en een palmplant in de verte. Tegen een granietgrijs blok leunt een gitaar. Ik heb drie uur geslapen vannacht. Ik hou van J. Anders was ik nooit met hem naar Estland gegaan. Ik ben in een buitenwijk van Tallinn en kocht Russische likeur in de Säästumarket tegenover.

‘We moeten niks,’ zeggen we tegen elkaar. ‘Goed hè, dat we niks moeten.’ J. pakt een porseleinen ei vast met een helblauw vogeltje erop. Hij legt het weer neer.

We hebben er lang naar uitgekeken. We zijn hier nu vier uur. We zagen een vrouw met een gebloemde doek om haar kin en een verdrietige mond. Alsof ze ouder was dan zichzelf. Ze rommelde in een tasje. We zagen houten huizen die uit elkaar vallen en een glimmende shopping mall. We zagen een jongen met witte gympen op een elektrische step. En een meisje met weggeëpileerde wenkbrauwen. En de haven met schepen en weer een man met een hond. Hij had gebruinde kuiten en keek naar een schip alsof hij iemand verwachtte. Maar misschien verzin ik dat maar. Het centrum hebben we nog niet gezien. En zolang je dat niet hebt gezien, ben je hier niet echt geweest.
Ik verlang ernaar een Engelse detective te kijken en op tijd naar bed te gaan.




Vorige verhaal
Hoe gedraag je je als psychopaat
Volgende verhaal
Als ik boos ben

Over de auteur

Anne Büdgen

Anne Büdgen schrijft gedichten, korte verhalen en theater. Onlangs verscheen haar eerste roman Boven de straat hangt een witte lucht, dagboek van Anna Meesink vol psalmen, slordig geschreven gedachten en poëzie.

Ook van deze auteur

door Anne Büdgen
08 maart

Van heilig nut

2 Minute Read
door Anne Büdgen
15 februari

Eindelijk

2 Minute Read
door Anne Büdgen
25 januari

Camera

2 Minutes Read