Mijn huid is dik
Mijn knieën lijken boomknoesten
Van takjes
Die breken
bij elke stap
Ik kijk achterom maar niemand volgt me
Ik heb lief, zo lief dat ik scheur
Ik breek en scheur en brokkel
Ik blijf op mijn plaats
Ik ben hier thuis
Maar niemand volgt me meer
Ik heb geen toekomst, maar een eeuwenlang verleden
Mijn rimpels verraden een oertijd
Mijn vrienden stopten ergens
Werden een stip in het zand, tussen lagen
Ik ben oud, stokoud, deze ogen hebben alles gezien
Ze zagen je ploeteren, zagen je jagen
Ze keken je na tot je op beide benen kon staan
Staarden naar je gekke knieën
Alleen achter mij laat ik een streep in de tijd
Een punt in het zand
Boven een streep van een vliegtuig
Van iemand die mij komt halen