..en moet je juist wel zeggen.
Apricity – de zonnewarmte in de winter. [EN]
Euterria – een gevoel van eenheid met de aanwezige natuur [Grieks]
Godhuli – de stoffigheid van de lucht wanneer de kudde koeien langs is gekomen om te grazen. [Hindi]
Gökotta – een moment van vroeg opstaan om de verstilling van de ochtend en het gezang van vogels te kunnen ervaren. [Zweeds]
Komorebi (木漏れ日) – het zonlicht dat tussen de bladeren door valt. [Japans]
Petrichor – de geur van de aarde na een regenbui. [Grieks]
Pirr – een zeer lichte windvlaag die een kleine afdruk maakt op het water. [Shetlands]
Popiči – groots (als een uitzicht op een bergketen), majestueus, maar ook: huge-ass . (in slang) [Slowaaks]
Pureunsaek (푸른색) – het blauw en het groen (de natuur) [Koreaans]
Sjibardun – het geluid van de zee gehoord vanuit het raam op een warme avond. [IJslands dialect]
Strijklicht – het zachter en warmergekleurde licht dat alles beroert vlak voordat de zonsondergang inzet. [Nederlands]
Waldeinsamkeit – het gevoel van vrede, verbinding en afzondering wanneer men alleen in het bos is. [DU]
Yoonseul (윤슬) [Koreaans], Yakamoz [Turks] – golven glinsterend in (zon)licht. Zie ook: Loinnir – zonsondergangslicht op een brekende golf [Iers-Gaelic].
Instructies: Zeg het woord hardop. Creëer zo veel mogelijk situaties waarin je het woord moet gebruiken. Maar begin eens met eenmaal. Lukt dit en verwildert je taal, herhaal dan eens. Probeer twee van de niet-verboden woorden eens achter elkaar te zeggen, combineer. Doe het voordat de woorden op de Lijst komen.