Als hij omkijkt ziet hij de tuin liggen. Van boven op de ladder laat hij scheppen vol bladersmurrie vallen in de emmer op de tegels.
Het is herfst, tijd om af te sluiten. Maar wat? De zomer? Welke zomer?
Allemaal vanwege die maatregelen.
Heeft hij eigenlijk wel vakantie gehad? Ja, twee weken vakantie in eigen dorp. Wat weinig verschil maakte met de rest van de zomer, thuis achter de computer aan een geïmproviseerd bureau.
Hij had graag zijn verjaardag in de tuin gevierd, groots, met familie en vrienden.
En was dat allemaal wel nodig, die beperkingen?
Het is of je opruimt voordat het feest is geweest, hij daalt de ladder af en sluit de tuinslang voor de laatste keer aan. Of is het de eerste keer? In hoeveel herinneringen is deze zomer eigenlijk vastgelegd?
Zijn vrouw zegt dat mensen die onzin verkopen altijd meer argumenten hebben dan zij die het gelijk aan hun kant hebben. Maar hij heeft vragen en zijn vertrouwen raakt op.
Zou hij van de winter terug kunnen denken aan de zomer van 2019 alsof het die van 2020 was, of hebben die beelden al aan kracht ingeboet?
Terug op de ladder kijkt hij nog een keer naar het wegtrekkende groen, terwijl hij het laatste vuil uit de dakgoot spuit.
Over welk nieuws gaat dit?