shortreads_

Iedere werkdag een kort verhaal over de actualiteit
Menu
  • Beginpagina
  • Auteurs
    • Aafke van Pelt
    • Anna van der Kruis
    • Anne Lichthart
    • Dirk van Pelt
    • Emma Laura Schouten
    • Femke van de Griendt
    • Gastauteurs
    • Jam van der Aa
    • Jens Vydt
    • Jirke Poetijn
    • Joep van Dijk
    • Jozien Wijkhuijs
    • Laurens van de Linde
    • Lena Kurzen
    • Lilian van Ooijen
    • Maaike de Wolf
    • Manik Sarkar
    • Marthe van Bronkhorst
    • Nelson Morus
    • Nicchelle Buyne
    • Pascal Vanenburg
    • Peter De Voecht
    • Steff Geelen
    • archief
      • Anne Büdgen
      • Anne-Minke Meijer
      • Bart Smout
      • Christine Geense
      • Claartje Chajes
      • Derk Fangman
      • Elske van Lonkhuyzen
      • Enver Husicic
      • Esther Porcelijn
      • Eva Gouda
      • Eva Kelder
      • Gijsje Kooter
      • Hanneke Hendrix
      • Inge Schilperoord
      • Johannes Westendorp
      • Joop-Maris Vollering
      • Joubert Pignon
      • Kasper van Hoek
      • Kira Wuck
      • Koen Caris
      • Leon Brill
      • Leonieke Baerwaldt
      • Lize Spit
      • Lucas de Waard
      • Mariken Heitman
      • Marron Das
      • Martijn Simons
      • Matthijs Koevoets
      • Max Hermens
      • Michiel Stroink
      • Mijke Pol
      • Nicole Kaandorp
      • Renée Kapitein
      • Renske van den Broek
      • Sander van Leeuwen
      • Sara van Gennip
      • Sarah van Vliet
      • Stefan Popa
      • Sylvia Hubers
      • Teddy Tops
      • Tynke Hiemstra
  • Over shortreads_
Renske van den Broek
op 19 december 2022
Deel dit verhaal

Alleen maar rondjes

‘Kietelen, je moet ze kietelen. Dan raken ze in trance en schep je ze zo met je blote handen uit het water,’ zei José met een grijns op z’n kop.

Doe het lekker zelf, klootzak, als je het zo goed weet. Maar dat durfde Miguel alleen maar te denken. Daarom lag hij nu al uren op zijn buik in de modder aan de oever, met één hand zwevend boven het water dat in toeristenfolders steevast als azuurblauw omschreven werd. Zijn T-shirt was doorweekt, zijn linkervoet sliep.

Moeiteloos zigzagde de paling door de wirwar van waterplanten – zijn favoriete bezigheid – toen hij tegengehouden werd door, ja, door wat eigenlijk? Misschien was dit wat ze noemen: een gevoel. Hij had er over horen fluisteren, maar het nooit eerder, ja, hoe zeg je dat, gevoeld. Wat het ook was, het was niet onaangenaam. Stil bleef hij liggen. De tinteling begon bij zijn buik en verspreidde zich over de rest van zijn lichaam. Door, je moet door! probeerde hij tegen zichzelf te zeggen, maar de woorden in zijn kop werden verdrongen door dat iets, waarvan hij besloot dat het wel een gevoel móest zijn. Sidderend bleef hij liggen. Zijn gedachten kabbelden langzaam van hem weg.

Iets hards en ruws klemde zich met kracht om zijn gladde lichaam. Hij kronkelde en krioelde om los te komen. Meestal werkte dat, overal tussendoor glippen was zijn specialiteit. Nu was hij kansloos. Iets of iemand takelde hem omhoog, ja, zo leek het, al wist hij niet precies wat dat woord betekende. Een licht zo fel als hij nog nooit gezien had brandde in zijn ogen. Hij probeerde ze dicht te knijpen, maar hij was vergeten dat hij geen oogleden had. Een stekende pijn achter zijn kop, daarna een ander iets, dat zich vaster en vaster om zijn lichaam sloot.

De zender moest aan de hals geplaatst worden, zei José. Waarom die paling zo nodig een zender moest hebben had hij er niet bij verteld. Hebben palingen eigenlijk wel een hals? vroeg Miguel zich af, en zo ja, waar begon en eindigde die? Dat had José hem niet verteld. Was een paling eigenlijk niet één grote hals?

Versuft lag hij tussen de waterplanten. Het felle licht was verdwenen, maar het nieuwe iets – dat zeker geen gevoel was, maar gewoon een heel vervelend iets – knelde en beet venijnig. Vlak voor zijn neus kroop een slakje over een blad. De laatste van zijn soort zigzagden voorbij. Toen was hij alleen. Hij wist de weg niet meer. Hij wist heel weinig, zelfs niet meer dat er ooit een weg was geweest. Wie hij was, waar hij naartoe ging, waar hij vandaan kwam, niets wist hij nog. Om toch maar iets te doen, begon hij te zwemmen. Alleen maar rondjes, rond en rond, tot hij er duizelig van werd.

Weet iemand toevallig de weg? riep hij zachtjes. Maar niemand hoorde hem, want palingen hebben natuurlijk geen stem. Maar ook dat was hij vergeten.


Over welk nieuws gaat dit?


Vorige verhaal
net nep
Volgende verhaal
Samantha

Over de auteur

Renske van den Broek

Ook van deze auteur

door Renske van den Broek
11 januari

Twee streepjes

7 Minutes Read
door Renske van den Broek
23 oktober

Hart

4 Minute Read
door Renske van den Broek
02 oktober

Algoritmetje

5 Minutes Read