We zijn bij oma op bezoek. ‘Hoe was het vanmorgen in de kerk?’ vraagt ze.
‘Fijn,’ zegt mijn moeder, ‘de preek ging over de verloren zoon.’
‘Waren Jacobien en Wim er?’ vraagt oma.
‘Ja.’
‘En Neel de Vries?’
‘Ook.’
‘Klaas en Miet?’
‘Alleen Klaas.’
‘Oh?’
‘Miet is nog aan het herstellen van een knieoperatie.’
‘Ze is toch vorig jaar geopereerd?’
‘Dat was de andere knie.’
Ik doop een kaneelbiscuitje in mijn thee. De timing komt nauw. Bij één seconde is het midden nog hard, bij drie of langer breekt hij af. Mijn thee is troebel en vlokkerig. De bodem van mijn kopje is een biscuitjeskerkhof.
‘Hoe gaat het met je studie?’ wendt oma zich tot mij.
‘Goed, ik heb net tentamens gehad en hoef niks te herkansen.’
‘Woon je nog steeds met die Duitse jongens?’
‘Philipp en Erik,’ zeg ik.
‘Vind jij dat nou goed?’ vraagt ze aan mijn moeder.
‘Ja hoor, het zijn leuke knullen.’
Oma pakt de tv-gids die naast haar stoel op de verwarming ligt en bladert erdoorheen. ‘Ik wil dit graag opnemen, maar ik weet meer niet hoe dat moet.’
‘Ik laat het wel even zien,’ zegt mijn moeder. Ze pakt de afstandsbediening.
Ik kijk naar oma’s handen. Het losse vel met de bruine vlekjes lijkt op de flensjes die ze vroeger op woensdagmiddagen voor me bakte.
Omdat Philipp en Erik zo ver van hun familie wonen, hebben ze een nieuwe familie gemaakt van Duitse studiegenoten en vrienden. Ze koken elke avond uitgebreid voor soms wel tien mensen, leggen na het eten hun voeten op elkaars schoot voor een massage en slapen soms in hetzelfde bed, zonder dat er sprake is van romantiek.
Ik breng mijn kopje naar de keuken en blijf bij terugkomst in de woonkamer achter oma’s stoel staan. Haar haar is dun en wit, als een suikerspin. Erdoorheen schemert de roze hoofdhuid. Hoelang zou het geleden zijn dat ze met iemand in één bed sliep of liefdevol is aangeraakt? Ik reken uit hoelang opa dood is. Negentien jaar! Voorzichtig leg ik mijn handen op haar rug. Terwijl mijn moeder langs de kanalen zapt, wrijf ik rustige cirkels. Af en toe maak ik kleine variaties en verander ik de druk. Alle liefde die ik heb, probeer ik in mijn handen te leggen. Pas als mijn moeder de tv weer uitzet, draait oma zich naar me om. ‘Schei daar nou eens mee uit!’ zegt ze.