shortreads_

Iedere werkdag een kort verhaal over de actualiteit
Menu
  • Beginpagina
  • Auteurs
    • Anna van der Kruis
    • Anne Lichthart
    • Anne-Minke Meijer
    • Christine Geense
    • Claartje Chajes
    • Dirk van Pelt
    • Enver Husicic
    • Elske van Lonkhuyzen
    • Gijsje Kooter
    • Joop-Maris Vollering
    • Kasper van Hoek
    • Laurens van de Linde
    • Lena Kurzen
    • Leon Brill
    • Manik Sarkar
    • Matthijs Koevoets
    • Nicole Kaandorp
    • Renske van den Broek
    • Sarah van Vliet
    • archief
      • Anne Broeksma
      • Anne Büdgen
      • Annemarie de Gee
      • Bart Smout
      • Derk Fangman
      • Esther Porcelijn
      • Eva Gouda
      • Eva Kelder
      • Hanneke Hendrix
      • Inge Schilperoord
      • Jirke Poetijn
      • Joubert Pignon
      • Kira Wuck
      • Koen Caris
      • Leonieke Baerwaldt
      • Lize Spit
      • Lucas de Waard
      • Mariken Heitman
      • Marron Das
      • Martijn Simons
      • Max Hermens
      • Michiel Stroink
      • Mijke Pol
      • Pascal Vanenburg
      • Renée Kapitein
      • Sander van Leeuwen
      • Sara van Gennip
      • Stefan Popa
      • Sylvia Hubers
      • Teddy Tops
  • Over shortreads_
Koen Caris
op 5 oktober 2018
Deel dit verhaal

Het zwaard

Hoewel het Abbas was die het zwaard vond, hebben we besloten dat het toch ook evenveel van mij is. Ik was tenslotte degene die had voorgesteld om vandaag aan de andere kant van het meer te gaan zwemmen.

Het is al de hele zomer heet en droog. De bossen zijn geel en rood geworden hoewel het nog lang geen herfst is. De grond is bezaaid met dorre blaadjes. Abbas en ik zwemmen zo vaak als we kunnen in het meer. Het meer wordt met de week kleiner, we moeten steeds verder over de hete kiezels rennen voor we bij het water zijn.

Papa zei dat het vanaf nu elke zomer zo zal zijn. Mama zei ‘heerlijk’ en papa zei ‘dat is niet heerlijk’ en mama zei ‘ik vind het heerlijk.’ Maar nu mag mama niet meer buiten roken vanwege de brandveiligheid, en nu vindt ze het niet zo heerlijk meer. Ze zit de hele dag op de bank. ’s Avonds hangt de sigarettenrook dik om haar heen. Papa en mama maken de meeste dagen ruzie. Dat is nog een reden dat ik veel bij het meer ben.

Vannacht was het zo heet dat we alle drie moe en jeukerig wakker werden, papa en mama keken elkaar meteen al niet aan. Dus ging ik direct na het ontbijt naar Abbas’ huis. Ik wilde zo ver mogelijk weg van thuis zijn dus Abbas en ik liepen om het meer heen, naar de andere kant die eigenlijk van de kinderen uit het dorp verderop is. Hinkelend op de hete stenen kleedden we ons uit en renden het water in, en toen vond Abbas dat zwaard. Of eigenlijk bleef hij met zijn voet hangen in het handvat.

Met zijn tweeën slepen we het zwaard naar de oever. Het ziet er oud uit; het is bruin en groen en overdekt met algen. ‘Het zwaard leeft,’ zegt Abbas, en dan zie ik het ook. We zetten het rechtop en het komt bijna tot mijn nek. Eerst slaat Abbas mij tot ridder, en dan ik hem. Ridders in de Orde van het Meer. De rest van de dag verdedigen wij ons rijk tegen de kwade krachten van het droge land. Tegen alle dingen die dor zijn, en die elk moment in brand kunnen vliegen.


Over welk nieuws gaat dit?


Vorige verhaal
Een wereld
Volgende verhaal
Het spijt me

Over de auteur

Koen Caris

Koen Caris (1988) schrijft theaterstukken en hoorspelen. Dit doet en deed hij onder andere voor BNN, de VPRO, Bellevue Lunchtheater en Over het IJ festival. Zijn stukken kenmerken zich door een combinatie van poëzie en gebrul, van harde taal en zachte bedoelingen. In 2017 won Koen het TheaterTekstTalent stipendium van het Prins Bernhard Cultuurfonds.

Ook van deze auteur

door Koen Caris
18 januari

De ochtendkrant

5 Minute Read
door Koen Caris
28 december

De man in de struiken

5 Minutes Read
door Koen Caris
07 december

LET THEM EAT CHAOS

4 Minute Read