1De farizeeër bezocht zijn heer die, onder het zilveren kruis op zijn troon gezeten, als volgt tegen hem sprak: ‘Gisteren was de dag dat de maandpenningen worden betaald. Hoeveel breng je voor mij mee?’ 2Op deze woorden haalde de farizeeër een overvolle buidel tevoorschijn die hij tot dan toe onder zijn mantel had verborgen. 3Deze buidel hield hij ondersteboven, zodat de zilverlingen aan de voeten van de vorst vielen, en samen begonnen zij te tellen. 4Toen zij gereed waren, riep de heer verheugd: ‘Zo hoog is de opbrengst nooit eerder geweest! Vertel me, hoe is je dit gelukt?’ 5Op deze woorden sprak de farizeeër sluw: ‘Ik reisde in het gebied tussen Epe en Harderwijk. 6Op een weg trof ik de dochter van een gelovige. 7Haar buik was rond alsof zij een vrouw was, maar zij was onvolwassen. 8Ik zag dat ze huilde en vroeg naar de reden, waarop ze zei dat ze weliswaar een vrucht droeg, maar dat haar vader haar de toegang tot een geneesheer ontzegde omdat zij ongehuwd was en met haar zondigheid schande over zijn familie bracht. 9Ik vroeg haar of veel gelovigen op die manier dachten en zij beaamde dit. 10Ik liet haar achter en vervolgde mijn reis, haar woorden overdenkend. 11Bij het vallen van de avond bereikte ik Veenendaal, en tot iedereen die ik daar zag, sprak ik als volgt: 12“Voor een luttel bedrag aan maandpenningen kunt u met uw familie zo vaak als uw gestel het vereist een geneesheer bezoeken, behalve als uw dochter haar vrucht niet wenst, als uw vrouw dor is, of als uw moeder niet langer ondraaglijk wil lijden.” 13Hele scharen verdrongen zich om mij en zij betaalden mij graag de maandpenningen.’ 14Bij het horen van deze woorden feliciteerde de heer de farizeeër met zijn vindingrijkheid en hij sprak: ‘Voorwaar, dat is een rijke zilverbron! 15Vinden de gelovigen het niet bezwaarlijk dat hun maandpenningen in onze schatkist vermengd raken met die van andere dochtermaatschappijen, die abortus, euthanasie en ivf wél vergoeden?’ 16Hierop sprak de farizeeër: ‘Daarvan hebben zij geen flauw idee, heer. Ik heb immers de polissen van een andere merknaam voorzien.’ 17Gezamenlijk lachten zij uitbundig over de onwetendheid van de gelovigen.
Over welk nieuws gaat dit?
Over de auteur
Manik Sarkar
Manik Sarkar (1973) is van beroep vertaler. Hij is opgegroeid in een dorpje bij Groningen, is vader van een tweeling en schrijft het liefst over zonderlingen. Zijn debuutroman zal in 2023 bij Hollands Diep verschijnen.
Ook van deze auteur
door Manik Sarkar
Rood
1 Minute Read
door Manik Sarkar
Eigenlijk
14 Seconds Read
door Manik Sarkar
Terpje
2 Minute Read